Zoals de vis zich alleen in het water, de vogel zich alleen in de lucht en de mol zich alleen onder de aarde thuis voelt, zo voelt ieder mens zich slechts thuis in de hem passende atmosfeer.

Arthur Schopenhauer in De kunst om gelukkig te zijn (Ned. vert. 2011)

Volgens Schopenhauer benijden we vaak ten onrechte anderen om hun positie en omstandigheden, want vaak passen die alleen bij hun karakter en niet bij het onze. ‘Zo is bijvoorbeeld de hoflucht niet voor iedereen geschikt om in te ademen.’ Maar voordat we weten in welke sfeer we het meest gedijen, zullen we door gebrek aan zelfinzicht ‘allerlei tot mislukken gedoemde pogingen ondernemen’ en ons karakter geweld aandoen. En wat we dan, tegen onze natuur in, bereiken, zal ons geen genoegen schenken. Zelfs iets als een goede daad zal in je eigen ogen alle verdienstelijkheid verliezen als je die alleen maar hebt gedaan omdat je dacht dat het zo hoorde en niet vanuit je eigen, welbegrepen wil.
We moeten dus ‘eerst uit ervaring leren wat we willen en wat we kunnen’, en zo een karakter verwerven. Tot die tijd zullen we steeds weer tegen muren oplopen en met geweld worden teruggeworpen op ons eigen levenspad.

Tevens verschenen op de Levenskunstkalender © Veen Media

Thema's:
Denkers: